Edam ontstond bij een dam aan de Ye of E die in de Zuiderzee uitmondde. Omstreeks 1230 werden de zeegaten van de Zuiderzee afgedamd. Bij de dam moesten de goederen worden overgeladen en kon tol worden geheven. Zo kon Edam tot een handelsplaats uitgroeien. Scheepsbouw, haringvisserij en kaashandel brachten Edam tot grote bloei.
Na de toekenning van het recht op een kaaswaag is er in Edam tot 1922 een commerciële kaasmarkt geweest waar de boeren uit de omtrek hun kaas kwamen verhandelen. De Edammer kaas werd naar de markt vervoerd met kleine bootjes. Na het lossen op een speciale loswal werd de kaas door kaasdragers naar de markt gebracht. Daar werd de kaas te koop aangeboden aan handelaren. Na eerst te zijn gekeurd werd door middel van loven en bieden, het ‘handjeklap’, de kiloprijs van de kaas vastgesteld. Vervolgens werden de kazen weer op een berrie geladen en naar de waag gebracht waar het gewicht werd vastgesteld. De kaas werd tenslotte met paard en kaasbrik naar het kaaspakhuis vervoerd om daar nog enige tijd te ‘rijpen’.
De kaasmarkt werd in 1989 weer nieuw leven ingeblazen. In de zomer (juli en augustus) wordt elke woensdag tussen 10.30 en 12.30 uur een toeristische versie van de kaasmarkt gehouden.